Het lekkere aan de wintersport is dat je tussen al het skiën door de lekkerste Oostenrijkse versnaperingen kunt proberen. Natuurlijk kennen we de bekende Kaiserschmarrn en Wiener Schnitzel, maar er zijn nog zoveel meer producten en gerechten die je echt eens moet proberen. Wij zetten er een aantal voor je op een rijtje.
Eierschwammerl
Ik weet nog zo goed dat ik dit voor de eerste keer at. Een Oostenrijkse buurman op de camping had Eierschwammerl, een soort paddestoelen, geplukt met zijn vrouw. Hij had er echter zoveel, dat wij er ook wat kregen. Zelf hadden we geen idee wat we hiermee aan moesten, maar gelukkig wisten zij een lekker recept. Zo maakten we een omelet van eierschwammerl, fijngesneden uien, eieren, wat peterselie, zout en kruiden. Heerlijk, een echte aanrader!
Schweinsbraten
Schweinsbraten wordt ook wel Brati genoemd en is een traditioneel gerecht dat vaak op zondagen en feestdagen in Oostenrijk gegeten wordt. Wanneer je gaat voor een typisch Oostenrijkse varkensrollade is deze vaak met zout, peper, knoflook en karwijzaad bereid. Schweinsbraten kun je warm als hoofdgerecht eten, maar ook koud tijdens de lunch.
Strudel
Als de Oostenrijkers iets al eeuwenlang lekker kunnen bereiden, dan is het wel de strudel. Het eerste recept dat gevonden is, komt dan ook uit 1696. Een tijdperk waarin de strudel nog werd gebakken in een gietijzeren pan met een deksel erop, boven het open vuur. Ook vandaag de dag is de Apfelstrudel, Milchrahmstrudel en Topfenstrudel nog enorm populair.
Brezel
In Nederland noemen we dit ook wel krakeling. Dit eeuwenoude koekje komt al uit 1477. In die tijd was de Brezel echter alleen maar voor een specifieke groep mensen beschikbaar. Gelukkig is dit vandaag de dag anders en kun je dit koekje met een kastanjebruine buitenlaag bijna overal krijgen.
Knödel
In Oostenrijk vind je knödels in alle soorten en maten. Je hebt zowel hartige als zoete varianten, zoals bijvoorbeeld de Germknödel of Spinatknödel. Daarnaast kun je ze als voorgerecht, hoofdgerecht of als toetje eten. In het verleden aten Oostenrijkers op bepaalde dagen zelfs standaard knödel. Vandaag de dag is dit niet meer, maar ze worden nog steeds met regelmaat gegeten.
Braunschweiger
Wanneer je een typisch Oostenrijkse lunch eet, dan mag de Braunsweiger niet ontbreken. Deze droge worst wordt gemaakt van rundvlees, varkensvlees en spek. Daarnaast voegen ze ook vaak wat maïzena toe en wordt hij licht gekruid met knoflook.
Goulash
De naam goulash is afgeleid van het Hongaarse “gulyá” wat veekudde betekent. Deze vleesschotel is dan ook een gerecht dat ze in de middeleeuwen al voor de veehouders maakten. Vandaag de dag maken ze de traditionele Weense goulashsoep met rundvlees, uien en paprikapoeder. Daarnaast doen ze er vaak kleine stukjes aardappel in.
Leberkäse
Dit product komt uit de Beiers-Oostenrijkse keuken. Deze gekookte worst heeft een licht roodachtige kleur en wordt gemaakt van fijngehakt rundvlees en/of varkensvlees, spek, water, aardappelzetmeel en verschillende kruiden zoals knoflook, peper, foelie, piment, ui en zoete paprika. Taalkundigen zijn het er echter niet over eens waar de naam vandaan komt.
Sauerkraut
Al in 1270 werd Sauerkraut, oftewel zuurkool, gegeten als boerenmaaltijd. Voor de boerenfamilies was deze maaltijd tijdens de winter zelfs erg belangrijk, omdat het gerecht lang houdbaar was. Daarnaast bevatte het belangrijke vitamines en kon het op grond verbouwd worden waar andere groenten niet konden groeien vanwege het koude klimaat. Tegenwoordig eten de Oostenrijkers zuurkool vaak als bijgerecht naast een knödel of een goed stuk vlees.
Verhackert
Wanneer je iets typisch Oostenrijks op je brood wilt smeren, dan is Verhackert iets voor jou. Dit is een smeersel van gerookte spek. Van oorsprong werd het spek gehakt en met de hand gekneed in een vat met vet, maar tegenwoordig worden het spek, de uien en de knoflook gemalen in de vleesmolen. Vooral in Karinthië en Steiermark wordt deze hartige specialiteit geserveerd.
Kerstkoekjes
Al sinds jaar en dag is het in Oostenrijk traditie om zelf lekkere kerstkoekjes te maken. Wat de kerstkoekjes typerend maakt is dat het deeg vaak wat extra gekruid is met vanille, kaneel, nootmuskaat, kardemom en kruidnagel. Daarnaast krijgen de koekjes vaak een uitgebreidere decoratie.
Cabannossi
Cabannossi is afgeleid van het Poolse of Oekraïense “kabanosky”, waarbij “Kaban” zwijn of wild varken betekent. Deze langwerpige dunne worsten zijn dan ook gemaakt van gemalen en gezouten varkensvlees en gekruid rundvlees. Vervolgens worden ze traditioneel gerookt op beukenhout en tot slot gerijpt aan de lucht gedroogd.
Krapfen
Al in de 9e eeuw was er in Wenen een deeg genaamd krapfo, maar wanneer dit gebakje voor het eerst gegeten is, is onduidelijk. Wat we wel weten, is dat het gebakje vaak als feestelijke maaltijd werd gegeten door de boeren. De traditionele Weense Krapfen worden gemaakt van gistdeeg en zijn gevuld met abrikozenjam. Vervolgens worden ze bestrooid met wat poedersuiker en zijn ze klaar om opgegeten te worden.
Neuburger
De naam doet mij een beetje denken aan een broodje, maar dat is het niet. Neuburger is een speciale witte druivensoort die vooral voorkomt in de Thermenregion, Niederösterreich en het wijngebied Neusiedlersee, Burgenland. Deze druivensoort heeft een krachtige maar milde smaak en kenmerkt zich door de fijne nootachtige smaak. Van deze druivensoort wordt dan ook heerlijke witte wijn gemaakt.
Kaiserbroodjes
De Kaiserbroodjes kom je vast en zeker tegen bij het ontbijt. Dit witte broodje heeft bovenop een stervormige vorm is volgens de verhalen rond 1750 door een Weense bakker uitgevonden. Wanneer je een echte Weense hebt dan wordt het deeg met de hand bereid en heeft het een lange rijstijd. Daarnaast moet het broodje dan minimaal 46 gram zijn.
