FIS Pisteregels

Ook bij skiën zijn er risico’s. Elke dag zijn er weer duizenden skiërs tegelijk op de piste te vinden en daarom heeft de Fédération Internationale de Ski (FIS) verkeersregels opgesteld om het risico op ongelukken te verkleinen. Iedere skiër of snowboarder is verplicht zich hieraan te houden. Als blijkt uit onderzoek dat de veroorzaker van het ongeluk zich niet aan één van deze FIS pisteregels gehouden heeft, kan hij of zij strafrechtelijk vervolgd worden.

De 10 FIS Pisteregels

De 10 FIS Pisteregels zou elke wintersporter moeten kunnen dromen. Toch blijkt niet lang niet het geval. Ken jij ze binnenstebuiten of heb je er echt nog nooit van gehoord?

  1. Rekening houden met anderen
    Iedere skiër moet zich zo gedragen, dat hij een ander niet in gevaar brengt of schade berokkent.
  2. Beheersen van snelheid en skistijl
    Iedere skiër moet te allen tijde op tijd kunnen stoppen of uitwijken. Hij moet zijn snelheid en wijze van skiën aanpassen aan zijn skivaardigheid, de conditie van de piste, de sneeuw- en weersomstandigheden, alsook aan de drukte op de piste.
  3. Keuze van het spoor
    De van achteren komende skiër moet zijn skispoor zo kiezen, dat hij skiërs voor zich niet in gevaar brengt.
  4. Inhalen
    Inhalen mag van boven of van beneden en van rechts of van links, mits op zodanige afstand dat de ingehaalde op geen enkele wijze in zijn bewegingen wordt belemmerd.
  5. Invoegen en weer verder skiën
    Iedere skiër die zich (weer) op een piste wil begeven of na een stop verder wil skiën, moet zich ervan vergewissen dat hij dit zonder gevaar voor hemzelf of voor anderen boven of onder hem kan doen.
  6. Smalle plaatsen
    Iedere skiër moet vermijden om zich zonder noodzaak op smalle of onoverzichtelijke plaatsen op de piste op te houden. Een ten val gekomen skiër dient een dergelijke plek zo snel mogelijk weer vrij te maken.
  7. Klimmen en lopen
    Een skiër die klimt of te voet afdaalt, mag dit alleen aan de zijkant van de piste doen.
  8. Letten op tekens
    Iedere skiër dient de markeringen en de borden in acht te nemen.
  9. Verlenen van hulp
    Bij een ongeval is iedereen verplicht hulp te verlenen.
  10. Legitimatieplicht
    Iedereen, getuige of betrokkene, verantwoordelijk of niet, moet bij een ongeval zijn identiteit bekendmaken.

In sommige gebieden zijn er naast de tien FIS Pisteregels ook nog eigen regels samengesteld. Deze worden dan vaak aangegeven op liftpalen of aan het begin van een skilift.

Regels in het park

Het funpark in een skigebied is een afgeschermd stukje van het gebied. Het is afgezet met lint of op een andere manier om te voorkomen dat beginners er per ongeluk doorheen skiën en een ongewenste sprong maken. Bovendien liggen er in het funpark veel gevaren op de loer. Behalve dat een afdaling in het park over het algemeen een stuk risicovoller is dan een piste afdaling, liggen er ook andere gevaren op de loer. Daarom gelden er behalve de hierboven genoemde FIS pisteregels in een funpark ook nog andere regels. Op het moment zijn de regels nog niet centraal geregeld, maar bepaalt elk gebied zelf welke regels er in het funpark van toepassing zijn.

De regels zijn normaal gesproken bij de ingang van het park te vinden en staan ook online op de website van het skigebied. Vaak lijken de regels op elkaar, maar er zijn verschillen. Zorg er dus voor dat je op de hoogte bent van de regels bij het betreden van het park. De Pitztaler Gletsjer heeft bijvoorbeeld de volgende regels:

  • De FIS pisteregels zijn van toepassing.
  • Bijzonder goed opletten in het geval van slecht zicht.
  • Gebruik het park op eigen risico – ouders zijn verantwoordelijk voor hun kinderen.
  • De instructies van de shapers (degene die het funpark maken) moeten gevolgd worden.
  • Inspecteer het park voor je gaat rijden.
  • Veiligheidsaccessoires zijn nodig (helm, rugprotectie).
  • Als het park dicht is en de pistebully is onderweg, mag niemand het park betreden.
  • Als er aan een element gewerkt wordt, mag er niet over gereden worden.
  • Klim niet op de half-pipe, alleen via de zijkant.
  • Als er een ongeluk gebeurt, dient het element direct afgezet te worden, de geblesseerde persoon in veiligheid gebracht te worden en eerste hulp verleend te worden. Alarmeer daarna de pisteredding bij de dichtstbijzijnde lift.
  • Houd het park schoon, afval hoort in de afvalbak.
  • Wees er zeker van dat de landing vrij is en houd voldoende afstand van je voorganger. Verlaat na je landing direct de landingszone.
  • Het is verboden om op de volgende plekken te staan:
    • Voor en op de jump
    • Tussen de jump en de landingszone
    • In de landingszone en in de uitloop
    • Links en rechts van elementen

Nieuwsalerts ontvangen?

Schrijf je in