Ga je met een groep vrienden op vakantie, dan merk je vaak wel wat verschil in het niveau van skiën. Jullie kunnen allemaal niet wachten om de witte bergen af te dalen en gezellig te feesten. Kun je beter skiën dan je vrienden, dan is dat zeker iets om lekker over op te scheppen. Echter, beter skiën dan de rest brengt ook wat nadelen met zich mee.
1. Wachten, wachten en nog meer wachten
Nummer één irritatie is toch echt het wachten. Je bent natuurlijk een stuk sneller in het afdalen van de pistes dan je vrienden. Doordat de rest dit tempo bij lange na niet kan bijhouden, moet jij of een stuk langzamer gaan skiën of heel vaak wachten. Je wil het liefst lekker knallen, maar helaas, je bent niet alleen. Geduld is dus een schone zaak. Hopen dat de gezelligheid dan maar veel compenseert.
2. Je bent onvrijwillig privé-skileraar
Les, dat is toch voor jonge kinderen? Dit is een veelvoorkomende opmerking bij oudere skiërs die de techniek nog niet helemaal onder de knie hebben. Dat is natuurlijk onzin en ergens weten zij dat ook wel. Je vrienden overtuigen dat een paar lessen wonderen doen, dat is onbegonnen zaak. Ze gaan toch niet voor iemand betalen om in een rijtje achteraan te skiën. Trouwens, daar hebben ze jou voor! Daar gaat je vakantie dan, want je moet gewoon aan het werk als privé-skileraar. Oh, en er dik voor betaald worden? Reken maar gewoon op een biertje in de après-ski. Als het meezit dan…
3. Uitdagende pistes zijn een no-go
De blauwe pistes heb je als goede skiër na een tijdje wel gezien. Je hebt je vrienden al zover gekregen om wat rode afdalingen mee te pakken en geniet dan ook van iets meer uitdaging. Zodra jouw gezelschap de zwarte kleur op de bordjes ziet, worden hun gezichten zo wit als de sneeuw onder hun latten. Deze pistes zijn een no-go en dus moet je ervoor kiezen om wat uitdaging te missen deze vakantie. Misschien dat je het nog redt met de overtuiging dat de zwarte piste eigenlijk een blauwe is, maar die kans is klein. Wil je toch de geoefende techniek ten goede laten komen, neem dan wat liften eerder omhoog dan je vrienden en daal alleen de zwarte pistes af.
4. Jou nadoen is niet zo’n slim idee
Het ziet er allemaal stoer uit, zo hard de pistes afdalen en een spoor van perfecte bochten achterlaten. Die ene vriend die nog maar net op de latten staat wil wel even laten zien dat hij dat ook kan. Hij volgt jouw spoor in rap tempo, maar haalt het einde van de afdaling niet. Nu moet jij weer naar boven klimmen om hem overeind te helpen, want dat gaat hem natuurlijk niet alleen lukken.
5. Je valt zelf bij het uitstappen van liften door de onhandige skiërs naast je
Het begint al met de beugel. Je vrienden houden alles goed in de gaten en zijn al zenuwachtig voor het uitstappen van de lift. Moet de beugel niet al omhoog? Volgens je vrienden niet hoor, die beugel moet en zal tot het einde van de rit dichtblijven. De liften veilig uitstappen is voor jou niet zo’n groot probleem. Je komt ongestoord en eenvoudig uit de stoeltjes, tenzij degene naast je ontzettend aan het stuntelen is en jou met zijn val meeneemt. Het is echt niet zo makkelijk hoor, je afzetten van de lift en vervolgens een kant op skiën zonder anderen af te snijden. Ach, het levert wel weer wat leedvermaak op.
6. Het weer speelt een grote rol in de lengte van de skidagen
Als goede skiër hoop je natuurlijk, net als iedereen, op heerlijke weersomstandigheden. Is het weer iets minder, dan moet je daar maar even mee dealen. Het is mistig, de pistes zijn te ijzig of het waait heel hard. Dit zijn allemaal excuses van je vrienden, die zich ontzettend bezighouden met het weer voordat ze op de latten staan. Dan maar iets eerder de après-ski opzoeken.
7. Heel veel pauzes
Scheppen jouw vrienden altijd zo op over hoe goed hun conditie wel niet is en dat ze je er makkelijk uitrennen tijdens een wedstrijdje hardlopen? Op de pistes is deze conditie ineens ver te zoeken. Tochten skiën zonder al te veel pauzes zit er dan ook zeker niet in. Je bent je benen lekker aan het trainen, maar je vrienden voelen deze branden en hebben heel veel pauzes nodig. Skiën draait om techniek. Hebben je vrienden deze nog niet helemaal onder controle, reken dan op veel gezeur over spierpijn.
8. Je krijgt het ijskoud
Je vrienden hebben de zweetdruppels op hun voorhoofd staan. Jij daarentegen staat te bibberen van de kou, omdat je zelf nauwelijks inspanning hoeft te leveren. Je zit hoog in de besneeuwde bergen, staat driekwart van de tijd stil en moet aanzien hoe je vrienden stuntelend de pistes afdalen. In plaats van een ijskoud biertje straks toch maar een warme chocomel bestellen?
9. Après-ski tot in de late avonduren zit er niet in
Dacht je dat je vrienden beter konden après-skiën dan skiën, blijkt dat ook weer niet het geval te zijn. Na een dag op de pistes zijn ze helemaal kapot en kunnen ze enkel denken aan hun warme bed. Daarnaast ben jij die meters bier en Schnaps wel gewend na een sportieve dag en zij echt niet.
10. Jij moet alle video’s maken
Hoewel jij wel beter weet, willen je vrienden toch wat delen over hun avontuur op de pistes aan de buitenwereld. Lekker uitsloven op die latten, dat moet toch gefilmd worden. Jij als beste skiër kunt natuurlijk als enige goed filmen terwijl je in actie bent. Niet alleen onvrijwillig privé-skileraar, maar ook nog eens onvrijwillig videomaker gedurende de hele wintersportvakantie.
